donderdag 12 april 2012

St. Eustatius

Na driekwart jaar kroketloos door het leven te zijn gegaan wordt dit het 'hoofddoel' voor dit bezoek aan St. Eustatius. Daarom al om halfzeven uit Basse-terre weggevaren. De route ligt een beetje aan de lijzijde van St. Kitts en de wind wordt behoorlijk tegengehouden door de heuvels. Af en toe piept het er tussendoor en kan ik met halve wind en een knoop of 18 aan wind een mooie snelheid maken. Net na de zuidwest-punt stort de wind helemaal in. Ik moet zelfs de motor gebruiken om uit dit gebied te komen. Maar tussen de eilanden staat het goed door en komt een mooie NE-swell de boot lekker laten slingeren. 
Bij St. Eustatius moet je eerst door een 'mijnenveld' van allemaal kleine boeien met als opschrift 'dive only'. Iets verderop ligt een zestal tankers bij de terminal voor anker. Nu is het aanbevolen om aan een balletje te gaan liggen. Ik werd echter aangeroepen door een vertrekkende fransman om net buiten de binnenhaven te ankeren. Dit is toegestaan en je ligt het beste beschut tegen deining. Het klopt; de jachten die aan een balletje hangen liggen veel meer te rollen.
Nu had ik eerder lacherig gedaan over de oplegger van Immigration op Montserrat. De Nederlanders officials op St. Eustatius (in het Engels Statia) hebben het nog wat minder in hun container. Wel hierin alle voorzieningen en een goede airco. En natuurlijk Nederlands met de douaneman gesproken.
Vanaf de dinghydock en een kleine wandeling langs de kust kom je na een steile, korte klim in Oranjestad. Meteen vallen twee zaken op. Het is goed gerestaureerd en je ziet in de bouw van de huizen Nederlandse invloeden. 

Fort Oranje is volledig gerestaureerd en herbergt de toerist information.
Alhoewel de officiële taal Nederlands is wordt hoofdzakelijk Engels gesproken. Er zijn dan ook veel mensen op het eiland die geen Nederlands praten zoals de Amerikaanse eigenaar van een duikcentrum en twee van zijn instructeurs. Er is geen inburgeringscursus nodig. Wat ook opvalt hoe enorme vriendelijk de bevolking is. Je wordt door velen gegroet met een handgebaar of met 'good morning' o.i.d. of zelfs dat ze een praatje starten. Maar hoe zit het met de kroketten? Vorig jaar zat er nog een friettent op het eiland. Nu niet meer. Maar gelukkig kon ik in het restaurant Fruit Tree (gerund door een Hagenees) een broodje frikandel speciaal én een broodje kroket bestellen. Heerlijk!
St. Eustatius is beroemd om de prachtige duiklocaties. Met het duikcentrum twee duiken gedaan. Het eerste duik was naar het koraalrif 'Baracudareef'. Dit prachtig rif is het mooiste rif dat ik tot nog toe heb gezien. Het barst er van de vis en vele baracuda's zwemmen rond en blijven je aankijken. 
Daarnaast twee verpleegsterhaaien gezien; beide slapend dus waarschijnlijk nachtzusters. 
De tweede duik ging naar een Vietnamees visserschip Chien Tong op slechts 17 meter diep. Het stuurhuis werd van binnenuit bewaakt door een reusachtige barracuda met een open bek vol tanden (helaas is de foto niet gelukt). Wederom lekker spelen en door nauwere openingen zwemmen.

Een ander punt van mijn verlanglijstje was het beklimmen van de slapende vulkaan Quill. De naam is afkomstig van het Nederlandse 'kuil' en, ooit eens toen het eiland Engels was, slecht vertaald. Als er ooit eens een franse invloed op het eiland zou zijn geweest dan zou het zeker Soufriere hebben geheten. (nagekomen bericht: er is wel degelijk een franse overheersing geweest). De top ligt op zo'n 600 meter. Om zo min mogelijk last van de warmte te hebben ben ik al om zes uur 's ochtends op pad gegaan. 
In de rugzak veel water. Via een schitterend pad kom je bij de kraterrand. Onderweg zien je vele heremietkreeften en ook drie slangen (roodbuik race slang) gezien. Een ervan had het lef om vlak voor me uit een boom te vallen en voor mijn voeten te landen. 
Door de dichte begroeiing is het bij de kraterrand niet uitzonderlijk mooi. Dus maar een vervolgpad naar het panoramaview genomen. De gradatie is moeilijk en er was aangegeven dat het aanbevolen om dit met een gids te doen maar soms ben ik een beetje eigenwijs. Mooie klim. Je hebt je handen, voeten en hersens nodig om niet naar beneden te vallen. Eenmaal boven een prachtig uitzicht over het eiland. Voordat het echt warm werd was ik weer terug op mijn boot. 
Het was mijn bedoeling om ook nog Saba aan te doen. De weersverwachting gooit roet in het eten. Over enkele dagen gaat er een dikke NE6 staan en loopt de swell op tot ruim 3  meter uit dezelfde richting. Ankeren op Saba is eigenlijk ankeren zonder een echte beschutting. Daarbij wordt bij een NE wind een tocht naar St. Maarten niet prettig door de tegenwind. Daarom besloten om Saba niet aan te doen en maar wat langer hier te blijven. Voordat de harde wind komt wil ik al op St. Maarten liggen.
De extra tijd op St. Eustatius volgemaakt met twee extra duiken. Waarschijnlijk waren dit mijn laatste duiken dit jaar. Bijzonder tijdens een van die duiken was het compleet ingesloten zijn door een school van duizenden en duizenden vissen. De foto laat een deel hiervan zien waarbij op de achtergrond een stokanker uit de 17e eeuw te zien is.